Redactionele inleiding tot Vruchtbare Aarde 1-2001




Niuwste nummer

image


Maarten Zweers over de revolutionaire cultuurovergang van onze tijd


Inspirerende films

Artikel uit:

image

In editie 1-2001: aandacht voor het geheim van de biologische landbouw en de oplevende belangstelling voor vers, biologisch en lokaal voedsel in Amerika.


Bestel los
Small hr
Ontvang editie 1-2001 en 1-2009 gratis als welkomstgeschenk binnen aan abonneme

Editie 1-2012
Small hr
Editie 3-2012
Small hr
Editie 2-2013

José Lutzenberger

Biologische telers zijn idealisten, zeggen critici. ‘De mensheid kan nu eenmaal niet zonder bestrijdingsmiddelen. Als we niets tegen plaaginsecten zouden doen, eten ze onze gewassen op en lijdt de mensheid honger.’

Huizen-Centrum. Een klein straatje in het oude dorp. Een uurtje wachten in een auto. Een zonnige dag, ik sla het portier open. Uitzicht op een oude Huizense boerderij. Ik pak het meegenomen boek van de stoel naast me en sla de pagina's op die me tien jaar geleden al zo intrigeerden. Verbaas me wederom over het gemak waarmee afstanden klaarblijkelijk te overbruggen zijn.

In gedachten reis ik mee met de schrijver - BASF-medewerker, verkoper van meststoffen en bestrijdingsmiddelen, later milieu-activist, boer, en uiteindelijk zelfs minister van Milieu - naar Venezuela en Noord-Afrika; ik stap met hem boerenerven op, om met boeren over hun problemen met plagen en meststoffen te praten; hoor de problemen aan die boeren altijd weer hebben met ziekten en plagen.

Ik kijk mee naar de landschappen waar we doorheen komen, naar de planten op al die verschillende plekken - aangepast aan hun omgeving. Ik neem cactussen mee van onze reizen, om op mijn balkon te zetten en registreer hoeveel van de meegenomen cactussen, ondanks alle verzorging, ineens last krijgen van schimmelziekten of plagen.

Ik hoor José Lutzenberger vertellen over de parasolmier. In zijn tuin in Zuid-Brazilië houdt zich zo'n mierenkolonie op. Een mierensoort die Brazilianen het schuim op de mond brengt. Genoemd naar het stukje blad dat ze boven hun lijf plachten mee te dragen. Het is een onsterfelijke kolonie - zoals elke kolonie onsterfelijk is, tenzij de mieren worden platgespoten, zoals meestal gebeurt. De kolonie in zijn tuin zit er al tientallen jaren. Zijn ouders woonden hier al. En al sinds zijn kinderjaren observeert de nu 75-jarige José Lutzenberger de mierenkolonie. "Soms is die kolonie groot, dan weer klein, tot er nauwelijks nog mieren over zijn - maar verdwijnen doet hij nooit."

Als het tegenzit verspreidt zich een legioen van deze bladknippende parasolmieren over de omgeving en toont de parasolmier zich een ongelooflijk vraatzuchtig wezen. Een populair gezegde luidt daarom: "Of Brazilië rekent af met deze parasolmieren of de parasolmieren rekenen af met Brazilië." Eén mierenkolonie kan een complete boom in één nacht ontbladeren. En er zijn maar weinig plantensoorten waar de parasolmier zijn neus voor op haalt.

Eén keer, na een periode van warm, vochtig weer, gevolgd door een plotselinge droge hittegolf, heeft Lutzenberger het meegemaakt dat een inheemse cactus (Notocactus ottonis) in zijn eigen tuin zo volledig kaalgeknipt werd door de parasolmier dat alleen de cactusstekels nog over waren. En toch... is deze ultieme representant van het agrarisch kwaad uitermate kieskeurig.

We staan met Lutzenberger in een acaciaplantage en zien hoe de parasolmieren de ene na de andere Tibouchinastruik voorbij lopen om uiteindelijk halt te houden bij een kwijnende Tibouchina. Een exemplaar dat onlangs getroffen is door graafmachines. We lopen met hem door een goed verzorgd koolveld, met mooie, gezonde koolplanten, en zien hoe de mieren de koolplanten zelf ongemoeid laten en hun knipwerk beperken tot de buitenste, deels rotte bladeren van de koolplanten.

Ziekten en plagen komen des te minder voor, zo luidt steeds opnieuw de conclusie van Lutzenberger, naarmate onze gewassen gezonder zijn.

Tien jaar geleden - het was nog vóór zijn onverwachte benoeming tot minister van Milieu - raakte ik voor het eerst onder de indruk van 's mans ongelooflijke observatievermogen. Wie kan beter onder woorden brengen waar de naoorlogse landbouw ontspoord is en hoe logisch het gezonde alternatief is?

Het is één onbeschrijflijke verbazing die Lutzenberger opwekt - verbijstering haast - als je je verdiept in zijn ontdekkingen en inzichten. Hoe is het toch mogelijk dat we de bestrijding van problemen in de landbouw zo gewoon zijn gaan vinden... Alsof spanningshoofdpijn voor 16 miljoen Nederlanders zo geaccepteerd is dat niemand meer vraagtekens zet bij het bijmengen van een dagelijkse portie hoofdpijnpoeder door ons brood, onze boter en onze corn flakes, en we hoogstens nog discussiëren over de vraag of hoofdpijnbestrijder A minder bijwerkingen geeft dan merk B.

Voorjaar 2001 is het eindelijk zover. Via zijn dochter Lily is er een lijntje tot stand gebracht. Het was nog even moeilijk, omdat Lutzenberger opgenomen moest worden in een ziekenhuis. Herstellende is hij nog als ik hem aan de lijn krijg; zijn regelmatige bezoeken aan Duitsland zijn even van de baan. Maar aan de telefoon stroomt zijn enthousiasme de lijn uit. "Ik zal je mijn laatste artikel in het Portugees sturen. Je vindt vast wel iemand die het kan vertalen." Ik heb dat Portugese artikel niet gebruikt en sowieso slechts een fractie van alle beschikbare materiaal kunnen gebruiken. Maar toch is dit nummer voor de helft aan het gedachtegoed van Lutzenberger gewijd. Ik hoop dat u, lezer, het me niet kwalijk neemt. Maar volgens mij is deze man zoveel aandacht waard! Als het over bezieling gaat, speelt afstand blijkbaar geen rol.